De Turkse president Erdogan reist af naar Duitsland om de EK-kwartfinale van Turkije tegen Nederland in Berlijn bij te wonen. De aankondiging komt te midden van een diplomatieke rel tussen gastland Duitsland en Turkije om een handgebaar van de Turkse speler Merih Demiral.
De voetballer bracht in de achtste finale tegen Oostenrijk na een van zijn doelpunten de ‘wolvengroet’, een symbool van de ultranationalistische en extreemrechtse Turkse groepering Grijze Wolven, die naar schatting 18.500 aanhangers heeft. De Duitse regering heeft vandaag de Turkse ambassadeur in Berlijn hierom ontboden.
De UEFA heeft een onderzoek ingesteld naar het gebaar, dat kan leiden tot een schorsing van Demiral. Nancy Faeser, de Duitse minister van Binnenlandse Zaken, stuurde in een bericht op X aan op sancties. “De symbolen van Turkse rechtsextremisten horen niet thuis in onze stadions”, zei ze. “We verwachten dat de UEFA de zaak onderzoekt en sancties overweegt.”
Gisteren had de Turkse regering de Duitse ambassadeur op het matje geroepen, vanwege de rol die Duitsland speelt in de commotie rond Demiral.
‘Geen verborgen boodschap’
Erdogan, die erom bekendstaat een groot voetballiefhebber te zijn, heeft een geplande reis naar Azerbeidzjan afgezegd om de wedstrijd van zaterdag bij te kunnen wonen. Het UEFA-onderzoek naar het gebaar van Demiral zou voor Erdogan een doorslaggevende reden hebben gespeeld om naar Berlijn af te reizen, melden sommige Turkse media.
Demiral zei eerder zich van geen kwaad bewust te zijn. “De manier waarop ik feestvierde, heeft iets te maken met mijn Turkse identiteit”, zei hij. “Daarom maakte ik dit gebaar. Ik zag mensen in het stadion die ook dit gebaar maakten. Er was geen verborgen boodschap. We zijn allemaal Turken, ik ben erg trots om Turk te zijn en dat is het doel van dit gebaar.”
Nederland en Turkije spelen zaterdag om 21.00 uur tegen elkaar in het Olympiastadion in Berlijn.